|
Dossier
achtergrond: Vrouwen in de kunst. Eindredactie: Rob den Boer.
E-mail: redactie.bkj@gmail.com. |
Elsa
von Freitag-Loringhoven 'Sphinx
weeps not In dit gedicht weerspiegelt zich het leven van Elsa von Freitag-Loringhoven (1874-1927). Zij was een kunstenares die in de eerste decennia van de vorige eeuw in Berlijn en later in New York woonde en werkte. Elsa was vooral actief als performance-kunstenares en stond model voor kunstschilders. Door Wim Adema Op zeer jonge leeftijd zocht Elsa von Freitag reeds naar haar identiteit als vrouw en verzette zich als kunstenares fel tegen de toen heersende mannencultuur, die ook binnen de kunstkringen sterk aanwezig was. Haar persoonlijkheid was heftig van aard, complex, kritisch en vernieuwend, maar vooral zocht zij de confrontatie met haar omgeving. Hierdoor ontstonden vaak grote conflicten met veel eenzaamheid als gevolg. Door haar persoonlijke kracht ontwikkelde de Duitse kunstenares zich tot een sterke onafhankelijke en kunstzinnige persoonlijkheid. 'Seine
Hand ist wie Eisen' 'Der Hang zur rote ist mir eingeboren. Von meinem Papa hab ich ihn geerbt. Sein Witz ist roh? Ich bin dazu erhoren witzig zu sein? Geschach vollig verderbt'. Op die jonge leeftijd wist Elsa von Freitag reeds de kracht van het woord te gebruiken. Als jong meisje had zij reeds zeer grote moeite met de veel te keurige waarden van haar tijd. Ik wil een jongen zijn, zei Elsa. Zij verachtte haar moeder die hen als kinderen niet tegen hun vader wist te beschermen.Een zin hierover doet ijskoud aan: 'Seine Hand is wie Eisen'. Op 16-jarige leeftijd verliet zij in 1890 om die reden haar ouderlijke huis en zocht een veilig onderkomen bij een tante in Berlijn. Berlijnse
tijd Als professioneel model werkte Elsa voor de kunstenares Theresa Bernstein. In die periode (1890-1902) vond Von Freitag wellicht een definitieve vorm als model. Haar streven was namelijk om zelf te bepalen hoe zij model was en wilde bepaald geen object zijn voor mannelijke kunst. In de modelsessies volgde Elsa haar eigen emotionele weg en zocht naar nieuwe houdingen. Hiermee werd zonder twijfel de basis gelegd voor een nieuwe performance-kunst. Elsa von Freitag ontwierp in die tijd zelf haar kostuums en ontwikkelde een onafhankelijke, kritische en provocerende persoonlijkheid. De uiteindelijke vormgeving van de performances ontstond in New York en Berlijn. Elsa von Freitag had talrijke relaties met mannen. Haar huwelijk in 1901 met de architect August Endell leek de aanloop ter zijn naar een meer stabiel emotioneel leven, maar het verliep anders. Als Else Endell kreeg zij tijdens dit huwelijk ook een relatie met de dichter Felix Paul Greve. Met laatstgenoemde vertrok Elsa in 1910 ook naar de USA. The
Baroness Met kortgeschoren haar, grillige kleuren, gezichtspoeder, zwarte lippenstift, met Amerikaanse postzegels op de wangen en theelepels als oorversiering, ontstonden emotionele ontmoetingen tussen Elsa von Freitag en haar publiek. Zij hield ervan om te provoceren en wijzigde graag haar geslachtskenmerken. Vrouwelijke schaamte was haar vreemd. Met geometrische aandoende lichaamshoudingen, zoals een ontblote vaginale driehoek, gaf zij haar haast turbulente levensenergie beeldend vorm. In haar anti-stereotype houdingen suggereerde Elsa von Freitag androgyne veranderingen. In wezen leek zij te zoeken naar een bevrijding van haar vrouwelijke sexualiteit. Met Man Ray en Marcel Duchamp werden gedurfde filmexperimenten gerealiseerd. Twee camera's namen bijvoorbeeld simultaan haar androgyne dansen op. Voor veel jonge kunstenaars vormden de persoon en het werk van Elsa von Freitag een ijkpunt, een werkelijke bevrijding. Zij toonde een weg naar nieuwe expressievormen en had het Dadïsme in de Verenigde Staten mede vormgegeven. Toen The Baroness, ook bekend als 'The Drag Queen', in de lente van 1922 terugkeerde naar Berlijn, liet zij de kunstenaars van Greenwich Village ontredderd achter. Eenzaamheid
en ontreddering 'Ich
und mei Volk sterben offen in Duell Elsa von Freitag-Loringhoven wilde de grenzen tussen kunst en leven opheffen. Bronnen: Body Sweats; the uncensored writings of Elsa von Freitag-Loringhoven, (New York Times, one of the notable books of 2011); Gedichtenbundel uit 1927, uitgave van Transition. |