|
Okt.
- nov. 2025, 20e jg. nr.3.
Eindredactie: Rob den Boer. E-mail: redactie.bkj@gmail.com.
|
Museum
Louvre-Lens Op een braakliggend terrein van twintig hectare dat tot de jaren zestig dienst deed als kolenmijn, staat nu het 360 meter lange Louvre-Lens, een dependance van het Louvre in de Franse gemeente Lens. Het doel van Louvre-Lens is om de collectie in verschillende fasen te presenteren, waardoor een semi-permanente collectie van zo'n 500 werken ontstaat, die elke drie jaar wordt vernieuwd. Door Han de Kluijver De keuze om het museum op een voormalige mijn te vestigen, had te maken met de transformatie van het mijngebied. Het ontwerp, dat aanvankelijk werd gemaakt in het kader van een internationale wedstrijd in 2006, is van SANAA, een Japans bureau onder leiding van Kazuyo Sejima en Ryue Nishizawa. De architecten wilden geen dominant iconisch gebouw creëren en kozen in plaats daarvan voor een lage structuur. In plaats van een monumentale entree of een imposante façade, ontvouwt het Louvre-Lens zich als een reeks verbonden paviljoens. Vijf in totaal, bescheiden, laag, horizontaal gespreid over het licht glooiende terrein, als opslagloodsen.De gebouwen zijn van glas en van geborsteld, geanodiseerd (beschermd) aluminium, dat het licht en de omgeving op onvoorspelbare wijze weerspiegelt. Van een afstand schijnt het alsof de gebouwen oplossen in de atmosfeer. De gevels lijken recht, maar golven subtiel, als de zachte deining van water. De reflecties dansen. De lucht, de bomen, de voorbijganger, alles beweegt mee. Wat werkelijk is en wat reflectie valt niet meer scherp te onderscheiden. Dit is geen transparantie in de klassieke betekenis, het is translucentie. Een tussengebied. Het museum is niet alleen van glas en aluminium, maar ook van licht, van weerspiegeling, van afwezigheid en aanwezigheid tegelijk. Het metaal glanst niet, het fluistert. De scherpe hoeken van de volumes creëren meerduidige reflecties en schaduwen die desoriënterend kunnen zijn: als een landschap in een droom, waarin je je eigen silhouet ziet, maar niet zeker weet of je het werkelijk bent.
Het hart van glas Deuren aan weerszijden van deze hal leiden naar de twee tentoonstellingszalen, waar de wanden ook bekleed zijn met geanodiseerd, geborsteld aluminium. Bij binnenkomst is de uitgestrektheid die je voelt schokkend. De architecten hebben een sfeer gecreëerd van leegte, met precisie. De aluminium binnenwanden vervagen de grenzen van de tentoonstellingsruimte en creëren een spookachtige achtergrond van reflecties. Het reflecterende aluminium vergroot de ruimte ook, waardoor een sluier van ambiguïteit en mist ontstaat, waartegen de kunst nog prominenter en helderder lijkt. Het silhouet van de bezoeker in de wazige weerspiegeling maakt hem onderdeel van deze dialoog. Je bent er, en je bent er niet. En telkens, wanneer je denkt grip te krijgen op de ruimte, zie je een vervormde schaduw van jezelf voorbijschuiven. Het is vreemd hoe een gevoel van uitgestrektheid en leegte meer tot uiting komt in de ruimte met witte muren dan in het glazen paviljoen, waar de hele omringende ruimte zichtbaar is. Een bijzonder detail is de vloer, die langzaam afloopt, bijna onmerkbaar. Niet alleen volgt deze de natuurlijke glooiing van het terrein, hij versterkt ook het gevoel dat je je in een landschap beweegt. Niet over een vlakke vloer, maar over iets dat leeft, dat je uit balans brengt, dat je herinnert aan je lichaam. Zelden voel je de zwaartekracht zo subtiel in een museum. Daglicht stroomt via glazen panelen in het dak de zalen binnen, maar wordt getemperd door lamellen en gordijnen. Nooit is het licht hard of direct. Het glijdt langs de muren, verandert van intensiteit, verandert de kunst. Daarnaast heeft het museum ook een grote kelder van twee lagen. Twee onafhankelijke gebouwen huisvesten de administratieve diensten aan de zuidkant en een restaurant aan de noordkant, waardoor een verbinding ontstaat tussen het museum, het park en de stad. De
schoonheid van een loods De bezoeker wordt geen route opgelegd. Je dwaalt, je observeert, je verdwijnt. En dan plots zie je jezelf weer, vervormd, in een spiegelende wand. Of je merkt dat de lucht boven het gebouw via de reflectie in het aluminium naar binnen stroomt. Binnen en buiten zijn er geen tegenstellingen, maar schakeringen. Een bezoek aan het Louvre-Lens is een ervaring waarin tijd vertraagt, waarin kijken opnieuw wordt aangeleerd. Het is een plek waar ruimte, kunst en lichaam samenkomen in een subtiele choreografie. Een museum dat niet gebouwd lijkt, maar is ontstaan.. En toch staat het hier, dit gebouw. Verankerd in een verleden van kolen en oorlog (De oude mijnstad in Noord-Frankrijk heeft zwaar te lijden gehad onder beide wereldoorlogen), maar levend als een wolk. Niet ontworpen om te domineren, maar om te verdwijnen. Om deel te worden van lucht, van aarde, van herinnering. Het Louvre-Lens fluistert. En juist daardoor blijft het in je gedachten. Meer informatie: www.louvrelens.fr. Han de Kluijver is architect bna bni bnsp |