Van
Gogh en de zijnen
'De
kracht van kleur' in het Van Gogh Museum Amsterdam is een kleine,
maar fijne expositie met een selectie hoogtepunten uit de eigen
collectie. Het zijn werken die vanwege hun kwetsbaarheid zelden
kunnen worden getoond. Enkele ervan zijn zelfs nog nooit eerder
te zien zijn geweest.
Door
Joke M. Nieuwenhuis Schrama
Het
Van Gogh Museum verzamelt actief pastels en aquarellen van de
voorlopers, tijdgenoten en navolgers van Vincent van Gogh, waarvan
nu een mooie selectie is te zien. Op de tweede verdieping van
het museum, in de ruimte voor tijdelijke exposities, worden naast
tekeningen van Van Gogh werken getoond van onder meer Jean-François
Millet, Camille Pissarro, Paul Gauguin, Odilon Redon, Henry Somm,
Louis Anquetin en Armand Guillaumin. "Deze
presentatie biedt een unieke kans om de rijkdom van onze collectie
te ontdekken. Een rijkdom die veel verder reikt dan alleen het
werk van Van Gogh en de ongekende bloei van de tekenkunst in Frankrijk
aan het einde van de 19de eeuw inzichtelijk maakt," aldus
conservator Fleur Roos Rosa de Carvalho.
De
top
Na een rondje langs de selectie, heb ik wat favorieten verzameld.
Eigenlijk zijn alle werken die er hangen de moeite van het bekijken
waard, zeker als je van (gekleurde) tekeningen houdt. Voor deze
expositie is de 'The summit' (De top) uit 1894 van Odilon Redon
(1840-1916) als campagnebeeld gebruikt. Een werk in zwart krijt
en pastelkrijt op papier. Bij Redon wordt niet zelden gedacht
aan zijn raadselachtige zwart-wit werken, tekeningen of grafiek,
met symbolische, maar ook vervreemdende spookachtige figuren uit
een andere wereld. In zijn latere periode, vanaf ongeveer 1894/95,
krijgen zijn werken echter heldere en directe achtergrondkleuren.
Toch zou je hem in zijn fijne bloemschilderijen bijvoorbeeld eerder
als colorist kunnen zien. De werken op papier die in deze tentoonstelling
van hem worden getoond, zijn in zachte poederige kleuren uitgevoerd
en hebben nog wel iets sfinxachtig.
Snapshot
Een opvallend portret, ten voeten uit, is dat van 'Sarah Bernhardt
op toneel' uit circa 1880. Het is net als 'The summit' van Redon
uitvergroot op de wand aangebracht, zodat het binnen de expositie
blikvangers zijn. De maker van dit portret is Henry Somm (Frankrijk,
1844-1907). De kunstenaar heeft het moment voordat de Frans-Nederlandse
actrice (1844-1923) achter het gordijn verdwijnt, met haar laatste
blik op het publiek, trefzeker met pen en inkt en waterverf vastgelegd,
als een snapshot.
Hooi
De hooimijten van Jean-François Millet (1814-1875) zien
er surrealistisch groot uit, met de kudde schapen ervoor. Je blijft
er langer naar kijken. Hooimijten in landschappen zijn voor veel
kunstenaars dankbare objecten geweest om te schilderen. En voor
de boeren was het ook een waar kunstwerk om zo'n schelf of berg
op te werpen. Dat vereiste boeren vakman(vrouw)schap en droog
weer. Tegenwoordig wordt het hooi mechanisch gemaaid en opgerold,
en in blokken geperst door loonbedrijven. Ook die vormen wellicht
aardige objecten op het land, maar zien er wel meer industrieel
uit, zeker als ze erna ook nog worden geseald.
Stippeltechniek
in een schilderij of tekening
Terug naar het eind van de negentiende eeuw. Camille Pissarro
(1830-1903) tekende in 1887 met potlood en waterverf in pointillistische
stijl een veehoedster in de morgenzon. Het is een van zijn weinige
aquarellen in deze stijl. Pissarro was een goede vriend van zowel
Vincent als Theo van Gogh en werd door hen Père Pissarro
genoemd. Een bijna miniatuurformaat werkje van Louis Hayet (1864-1940)
viel mij op door het formaat en het medium. Het is namelijk gemaakt
met krijt en waterverf op canvas, omstreeks 1888, en getiteld
'De karren'. Heel fijne kleuren en het is in mooi perspectief
op pointillistische wijze getekend, of is het geschilderd? Wanneer
krijgt een kunstwerk eigenlijk het 'predicaat' schilderij? Een
tekening of aquarel is ook een uniek kunstwerk. Of verdient alleen
het medium olieverf, waarvoor je per slot wel meer geduld dient
te hebben, of een werk in acrylverf die benaming...?
Sinister
Gustave Doré (1832-1883) is hier ook van de partij met
een tekening uit 1875, die het 'Bos van Plombières' verbeeldt.
Het werk is gemaakt met waterverf, pen en inkt en potlood op papier.
Een beetje sinister komt het wel over, door de kale boomstammen
op de voorgrond en het donkere bos erachter, alles in rozige grijsblauwe
tonen, maar bij Doré is zoiets wel te verwachten.
Muziekliefhebber
Er is nog een klein werk te bekijken van de Belgische kunstenaar
Fernand Khnopff (1858-1921). Het is een portret uit 1885 van 16
x 16 cm dat de vioolspelende Achille Lerminiaux toont, in potlood,
kleurpotlood en krijt op karton. Over de geportretteerde zelf
is weinig te vinden, behalve dat het mogelijk een schets van hem
is, gemaakt tijdens een concert in Brussel dat Khnopff bezocht.
De kunstenaar was overigens een groot muziekliefhebber.
Beginneling
Natuurlijk hangen er ook enkele werken van Van Gogh, zoals 'Vrouw
bij de haard'. Hij maakte het werk in 1885 in Nuenen, met krijt
of houtskool en waterverf op papier. Het schilderen met waterverf
had hij eerder geleerd bij Anton Mauve (1838-1888) in Den Haag.
Daarvoor werkte hij veel met zwart krijt en potlood. De transparante
aquarelverf gaf hem meer kleurgevoel. Pas later zou hij zijn kracht
van kleur ontwikkelen, die hem postuum zo beroemd heeft gemaakt.
De
kracht van kleur, Van Gogh Museum, Museumplein 6, Amsterdam, t/m
25 mei 2025. Website: www.vangoghmuseum.nl/de-kracht-van-kleur.