Aug.-sept. 2023, 18e jg. nr.2. Eindredactie: Rob den Boer. E-mail: redactie.bkj@gmail.com.
 

Van vrijheid tot schoonheid

De reizende tentoonstelling 'Hoge Luchten', met veertig stadsgezichten uit de collectie van het Rijksmuseum, was in vier regionale musea te zien en eindigt nu in Museum Gouda. De werken vormen een afspiegeling van de Nederlandse eigenzinnigheid. We koesteren onze vrijheid en bepalen graag zelf wat er binnen onze stadsmuren/stadsgrenzen gebeurt. Deze kleinschaligheid stimuleerde onze handelsgeest en beïnvloedde onze stedebouw. Geen brede lanen met grote paleizen, maar functioneel bouwen. Toch leverde dit schoonheid op, zoals de tentoonstelling laat zien.

Door Rob den Boer

Museum Gouda is nog een museum van de goede soort. Als je binnenkomt door de hoofdingang aan de Oosthaven, loop je via een kleine entreehal door twee grote deuren de kapel in, waar je meteen kunst ziet. De enorme altaarstukken uit de 16e eeuw die tijdens de Beeldenstorm uit de naastgelegen St. Janskerk gered werden, zijn rondom te bewonderen door de staande opstelling in het midden. In de grote zaal ernaast hangen schutterstukken uit de voormalige Sint-Jorisdoelen, het clubgebouw van de schutters. Eén ervan is geschilderd door Ferdinand Bol. Er hangt ook een kamerscherm met een schilderij van Simon Klapmuts uit 1770, waarop te zien is dat zij daar zitten te dineren. De oude wijnkast uit De Sint-Jorisdoelen staat nu in het museum.

In de tentoonstellingszalen beneden is de expositie 'Hoge Luchten' te zien, met Nederlandse landschapsschilderingen van bekende 17e/18e/19e-eeuwse schilders uit het Rijksmuseum en de eigen collectie van Museum Gouda. De veertig schilderijen hangen in half verduisterde zalen, rond het thema 'Stadslucht Maakt Vrij'. In de Middeleeuwen was het platteland een gevaarlijke plek, waar allerlei gespuis, soldaten van diverse herkomst en andere lieden met kwaad in de zin vertoefden. In de stad kreeg je bescherming, door de stadsmuren en de rechten die je als burger had. Er heerst ook een andere dynamiek, want er gebeurt van alles in een stad, omdat er veel mensen wonen van uiteenlopende komaf en door de handel en andere bedrijvigheid. Voor schilders was het stadsgezicht een interessant onderwerp, omdat steden door opvallende gebouwen als kerken, poorten, kloosters, gedenktekens, enz. vaak een kenmerkende skyline hebben.

Gouda was zeker tot de Reformatie een tolerante stad, waar vrijdenkers als Erasmus en Coornhert verbleven, van beide is in de tentoonstelling een portret te zien. Het hedendaagse duo Martin & Inge Riebeek heeft inwoners van verschillende achtergrond uit Gouda de vraag gesteld: ‘Wat betekent vrijheid voor jou?’. Hiervan zijn videoportretten gemaakt, die in de tentoonstelling te zien zijn onder de noemer 'It is in the Air'.

Typisch Nederlands is het schilderij 'IJsvermaak' van Barend Avercamp (ongedateerd, tweede helft 17e eeuw), waarin ijs en lucht vrijwel in elkaar overlopen in een licht grauwgeel. Alleen in de kleding van sommige mensen en de gebouwtjes rechts zien we wat kleur. Beneden op het schilderij vermaakt het volk - aan de kleding te zien wel de meer gegoede burgerij - zich op allerlei manieren op het ijs: te voet, op de schaats, met de slee, ook een arreslee met een paard ervoor en met sport en spel. Een aantal mannen speelt kolf op het ijs, een Middeleeuws balspel dat als een soort voorloper van het moderne golf kan worden beschouwd.

Monumentaal is 'Schaatswedstrijd voor vrouwen op de Stadsgracht te Leeuwarden', een schilderij van Nicolaas Baur uit 1809. De Onze Lieve Vrouwenpoort, de kerktoren Oldenhove en de Kruittoren en de stadswal ertussen, torenen welhaast als een vesting boven alles uit. De donkere grauwe lucht, het rijp op de bomen en de sneeuw geven je als toeschouwer een echt 'ijskoud' gevoel. Te zien zijn twee schaatsters in lange rokken, maar met blote armen, waarvan één ze heft omdat ze de wedstrijd heeft gewonnen, waar overigens 64 ongetrouwde dames aan meededen. Een schande in die tijd, want dat vrouwen hun armen ontblootten (tot de elleboog), werd toen onzedig gevonden. Maar het publiek vond het prachtig en was in grote getale opgekomen.

Er hangen ook beroemde schilders, George Breitner is er een van. Hij kwam dus ook weleens buiten Amsterdam, want hij schilderde het hier getoonde gezicht op de stad Gorinchem ('De toren van Gorkum', 1900). De torenspits, daken van huizen en een dijkhuisje vooraan, zitten strak ingeklemd binnen de omtrek van het schilderij. Het is een vrij massief werk in voor Breitners doen vrij lichte kleuren.

Ook bekend is Aelbert Cuyp, van wie een 'Gezicht op Dordrecht bij zonsondergang' hangt (tweede helft 17e eeuw). De Grote of Onze-Lieve-Vrouwekerk staat erop, in het midden, links de Groothoofdspoort, rechts een rij (pak)huizen en een molen. Op de Oude Maas ervoor liggen kleinere zeilschepen, vaak met de zeilen nog opgehesen en een zewaardig zeilschip met de zeilen gestreken. Er hangt een soort romantische glans van de zon op de stad en het water. Engelsen zijn dol op deze schilderkunst, veel van Cuyps werk hangt in Engeland, net als van andere Nederlandse marineschilders uit die tijd.

Gelukkig is het gewone dagelijks leven ook in beeld gebracht, zoals op 'Vismarkt' van Cornelis Dusart (1683). Vrouwen verkopen vis op de markt in Haarlem, aan de voet van de Grote Kerk. Deze vis werd 's ochtends, net gevangen, aan het strand van Zandvoort gebracht door bomschuiten, vervolgens opgekocht en door de vrouwen naar de markt gebracht en verkocht. Verser kan het niet!

Onze hoofdstad mogen we niet vergeten, daarom hangt er het schilderij 'De Dam in Amsterdam' van Jan Ekels (1772). Een vrij strakke en nauwkeurig geschilderde compositie van het Paleis op de Dam, de Nieuwe Kerk, huizen en de Waag, die niet meer bestaat omdat koning Lodewijk Napoleon vond dat het gebouw zijn uitzicht belemmerde. Op het plein zien we mensen met van allerlei bezigheden of staande in een groep het laatste nieuws uitwisselend, want er moest natuurlijk handel worden gedreven. Dit alles wordt prettig beschenen door mooi getemperd licht.

Jan van Goyen, bekend om zijn snelle werkwijze met schilderijen in één overheersende kleur, is met twee schilderijen in de tentoonstelling vertegenwoordigd. Het bekende 'Het Valkhof in Nijmegen' uit 1641, met daarop de 'keizerlijke' burcht die helaas in de Franse tijd is gesloopt, zoals veel grote gebouwen en kastelen die als steengroeve konden dienen voor nieuwe gebouwen. Nu vinden we dat natuurlijk zonde, maar recyclen was toen nog normaler dan nu. In het 'Gezicht op Arnhem' uit 1644 zien we de toen veel kleinere stad met al wel de Sint-Walburgiskerk en in lijn daarmee de grote Eusebiuskerk, met daarlangs de Rijn stromend tussen de akkerlanden met schoven hooi. De ruggegraat van de stad stond er toen dus al, maar de expansie moest nog beginnen.

Twee prachtige werken van Johan Barthold Jongkind, 'Rotterdam bij maneschijn' (1881) en 'Overschie bij maneschijn' (1871) tonen huizen, water, zeilschepen met gestreken zeilen, mensen in kleine bootjes, een kerktoren, opgelicht uit de donkerte van de nacht door een volle, respectievelijk halve maan. Het licht uit de volle maan, hoog in de lucht boven de gracht op het schilderij in Rotterdam, is voor die tijd opvallend expressief geschilderd, met krachtige streken, die heel wat subtieler weerkaatst worden in het water.

Jacob Maris ontbreekt ook niet, van hem zijn 'Stadsgezicht met koepelkerk' (1873) en 'De Schreierstoren aan de Buitenkant te Amsterdam' (1876) te zien. Vooral de krachtige wolkenpartijen boven de bebouwing en de aangemeerde zeilschepen vallen op. Van dezelfde schilder hangen er verder nog twee havengezichten en een landschap in de omgeving van Den Haag, ook met mooie wolkenformaties. Zijn broer Mathijs Maris, die in zijn latere mystieke, dromerige, sprookjesachtige schilderijen een heel andere weg op ging dan zijn broers Jacob en Willem, maakte in 1871 in Parijs het schilderij 'Souvenir d'Amsterdam', een gezicht op de ophaalbrug bij de Haarlemmersluis in Amsterdam, met de stedelijke bebouwing eromheen en beneden een schip dat door de sluis vaart. Hij schilderde het van een foto – de brug was toen al gesloopt – om wat geld te verdienen en verwierp het werk later. Nu is het een van zijn beroemdste schilderijen.

Armoede is er ook, op 'Binnenplaatsje' (1822) van Andreas Schelfhout. Een vrouw put water, terwijl ze tegen haar zoontje praat dat eruit ziet als een klein heertje, terwijl een ander kind net over de halve deur van een oud krottig huisje toekijkt. Een klein hondje zit op met beide pootjes omhoog. Door de manier van schilderen en de lichtval lijkt het een romantisch tafereeltje, maar wat je echt ziet is gewoon een voorbeeld van de wijd verbreide armoede in de steden van toen. Ik ben benieuwd welke – ongetwijfeld welgestelde - koper dit tafereeltje aan zijn muur wilde hebben.

Veel schilders uit de vroegere eeuwen speelden met de werkelijkheid. Nogal wat mensen denken dat op oude schilderijen de onderwerpen verbeeld zijn zoals die er toen echt uitzagen, maar schijn bedriegt. Ook kunstenaars van vroeger vonden compositie, kleur en beeld belangrijk en als dat nodig was, verplaatsten zij gebouwen, veranderden ze, lieten er weg, verlegden kanalen, enz. voor een maximaal sterk resultaat. Voor 'Stadspoort te Leerdam' (1869), draaide schilder Jan Weissenbruch de poort gewoon om, omdat hij de andere kant van het bouwwerk mooier vond. Deze zogenaamde Steigerpoort werd overigens al in 1863 gesloopt, dus hij zal eerdere schetsen hebben gebruikt. Mooi is de werking tussen licht en schaduw, bebouwing en ruimte, de kolossaliteit van de gebouwen ten opzichte van de kleine mensen, de boot die alleen zichtbaar is door een stuk giek en de top van de mast. Het werk is strak, sober geschilderd, met een verfijnd kleurgebruik en met veel gevoel voor detail, waardoor zo'n landelijk tafereeltje allure krijgt.

Als je de laatste zaal uitkomt, kun je een gedeelte van het depot bekijken, met schilderijen en objecten die normaal niet getoond worden. Gouda staat bekend om de pijpindustrie uit de 17e/18e eeuw en het museum heeft een mooie collectie pijpen, maar ook andere objecten zoals serviesgoed. Op de bovenverdieping staat een prachtige collectie plateelwerk, beschilderd aardewerk van diverse bekende fabrieken. Ook hier is een depot, met nog meer schitterend porselein.

Moderne kunst is er ook. De jonge fotograaf Khalid Amakran heeft foto's gemaakt van de eerste generatie gastarbeiders die naar Gouda kwamen om in de fabrieken te werken. Fotograaf Robert de Hartogh (1942-2022) deed dit in de jaren 70 al en Amakran zocht ze weer op. Trots poseren zij, nu in de zeventig en de tachtig, met hun kinderen en kleinkinderen (De Mix Nederland | Bnadem, t/m 7 jan. 2024).

Verder zijn er enkele stijlkamers, één met het puntgave interieur van een historische apotheek en één met de vroegere vergaderkamer van de Chirurgijnen. Deze locale dokters hadden weinig aanzien vanwege hun gebrekkige kennis en combineerden het aderlaten met andere werkzaamheden als barbier (kapper). De vergaderzaal moest hun aanzien verhogen en ik moet zeggen, hij ziet er goed uit.

Terug in de zaal met schutterstukken werd ik door een suppoost gewezen op de kamers met martelwerktuigen en de dolcel onder de kapel. Via een ronde trap kom je daar. In drie kamers met lage onderdoorgangen zie je allerlei soorten martelwerktuigen staan, zoals een wurgpaal voor vrouwen, die werden niet opgehangen want anders zou je ze onder de rokken hebben kunnen kijken. Ook is er een 'paard' met een puntige stalen 'rug' die ernstig zeer deed aan het mannelijk geslacht als je daar als boef op rond werd gedragen door de stad. De dolcel werd gebruikt voor psychiatrische patiënten die lastig of onhandelbaar werden.

Op de binnenplaats is een mooi terras waar je iets lekkers kunt gebruiken, met uitzicht op de museumgebouwen en een stukje Janskerk. In het museumwinkeltje bij de hoofdingang is een catalogus te koop waar alle veertig werken uit de tentoonstelling 'Hoge Luchten' in kleur in staan. Museum Gouda is een gemoedelijk museum in het historische voormalige Catharina Gasthuis, waar je een heel uiteenlopende presentatie van collectie en tentoonstellingen in één middag kunt bekijken.

Hoge Luchten, Schatten uit het Rijks, t/m 17 september 2023, Museum Gouda, Oosthaven 9, Gouda. Website: www.museumgouda.nl.